Contact
contact
Locatie en route
route
zoek
Zoek in de site
Monument voor de bemanning van de Tennessee Toddy
foto: Albert Cnossen

Monument voor de bemanning van de Tennessee Toddy

Op 10 oktober 1943 verloor de Amerikaanse bommenwerper
B-17G 'Tennessee Toddy' op weg terug van Münster steeds meer hoogte. Piloot Earl Verrill slaagde er in het toestel met een buiklanding in een weiland bij Beemte Broekland aan de grond te zetten. Zijn 9 medebemanningsleden hadden het toestel eerder al per parachute verlaten...

8e Amerikaanse Legerluchtmacht (8 USAAF)

Vanaf 27 januari 1943 vloog 8 USAAF overdag vanuit Engeland naar doelen in Duitsland om de Duitse oorlogsinspanning schade toe te brengen.

91 Bomb Group (Heavy) met 322, 323, 324 en 401 Bomb Squadron maakte deel uit van 8 USAAF en was uitgerust met de viermotorige B-17 Flying Fortress zware bommenwerper.

Emblemen 91 Bomb Group en 401 Bomb Squadron

De verliezen waren vanaf het begin hoog. Veel van deze toestellen werden aangeschoten door Duits luchtdoelgeschut en/of – jachtvliegtuigen en kwamen daardoor in de problemen. De bemanning van deze vliegtuigen probeerde zich met hun parachutes te redden of stelde alles in het werk om het vliegtuig aan de grond te zetten zonder slachtoffers te maken. Daarbij wisten de mannen dat hun toekomst er niet goed uitzag, zelfs als zij de crash overleefden, want de vijand zat hen meteen op de hielen.                                                                                    

Honderden hebben het luchtruim boven Apeldoorn in formatie doorkruist. Het gebrul van de motoren kunnen veel Apeldoornse ouderen zich nog goed herinneren. Doorgaans ging het om zware bommenwerpers uit die tijd, de B-17G van Boeing en de B-24 Liberator.

Flying Fortress

Op 26 september 1943 kreeg 401 Bomb Squadron op het vliegveld Bassingbourn (Engeland) een nieuw vliegtuig, de ‘Tennessee Toddy’ met de registratie LL-K. De bemanning bestond uit piloot 2e luitenant Earl Verrill, copiloot 2e luitenant Joe Rose, navigator 2e luitenant Arthur Horning, bommenrichter 2e luitenant John Lilley, boordwerktuigkundige/rugkoepelschutter sergeant Roy Jackson, radioman sergeant Ross Repp, buikkoepelschutter sergeant Gilbert Taft, zijluikschutters sergeanten Paul Loormann en Stan Lepkowski, staartschutter sergeant Bob DeGhetto.

Mission 114

Op 10 oktober 1943 liet 8 USAAF Mission 114 uitvoeren, bombardementen op de spoorwegen en waterwegen in en rond Münster, Duitsland. Vier Vliegende Forten van 401 Squadron namen deel aan deze missie, waaronder de ‘Tennessee Toddy’.

Toen we op 10 oktober startten, wisten we dat we in een vliegende doodskist zaten

De bemanning begon met een angstig voorgevoel aan deze missie. Art Horning verklaarde daar later het volgende over:

"We vlogen met een nieuwe kist, die maar één sortie achter de rug had, een missie die wij op 9 oktober hadden moeten afbreken vanwege extreem oververhitte motoren. Na terugkeer vond onze kolonel dat niet terecht en verklaarde dat gevlogen kon worden met een cilindertemperatuur van meer dan 280°. Maar wij hadden de missie afgebroken, omdat hoofd technische dienst ons had opgedragen terug te keren als we zo’n temperatuur bereikt hadden. Het vliegtuig kreeg een controle op de grond, maar een proefvlucht werd niet gemaakt.

Toen we op 10 oktober startten, wisten we dat we in een vliegende doodskist zaten en nooit meer terug zouden komen. Maar we wisten ook dat we de missie niet konden afbreken omdat ze dachten dat we lafaards waren. Vanaf de start konden we niet zo snel klimmen als de overige vliegtuigen. Vlak voor het bereiken van het doel moest de propeller van de rechter binnenboordmotor nummer drie in de vaanstand worden gezet vanwege het roken door oververhitting. De plaats Münster in Duitsland werd met moeite gehaald.

Na het afwerpen van de bommen verhoogde onze groep de vliegsnelheid voor de terugvlucht, wij konden dat niet bijhouden en bleven achter.

Om nog enige bescherming te krijgen probeerde de piloot in duikvlucht bij een lager vliegende groep aan te sluiten, maar toen we die naderden, viel de linker buitenboordmotor nummer 1 uit doordat het daarvoor geraakt was door het afweergeschut. Met alleen de twee overgebleven motoren konden we geen hoogte houden. Ik geloof dat die ook oververhit waren."

Het einde van de Tennessee Toddy

Eenmaal boven Nederland ging het helemaal mis. Het vliegtuig kon geen hoogte houden. De piloot, luitenant Verrill gaf op 6100 m hoogte opdracht het vliegtuig te verlaten. Ze vlogen toen boven de omgeving van Markelo. Van de acht bemanningsleden die daar terecht kwamen, werden later zeven krijgsgevangen gemaakt. Alleen de navigator A. J. Horning wist te ontsnappen om na een zware reis via België, Frankrijk, en Spanje om uiteindelijk Gibraltar en op 29 januari 1944 Engeland te bereiken.

Maar niemand had gemerkt dat de bommenrichter, luitenant J. Lilley bij de sprong door het voorste ontsnappingsluik zijn parachute te vroeg had geopend. Daardoor bleef hij vanaf Markelo met zijn parachute aan het hoogteroer hangen.  Achterna gezeten door Duitse jager(s) verloor het toestel steeds meer hoogte en de piloot probeerde een buiklanding te maken. Dit lukte wonderwel, omstreeks 16.30 uur stond het vliegtuig aan de grond in een weiland aan de Werler 1 in Broekland.

De buiklanding in Broekland
2e lt John A. Lilley (coll. FB)
   

De piloot zag kans om weg te vluchten, maar werd na een tijdje door de Duitsers bij een boerderij gepakt, tot op heden is het onduidelijk waar.

Uiteindelijk sloeg Lilley bij de familie Beekman op De Gaete 9 (Broekland) door de populieren en kwam op het erf terecht. Daar schoten ze hem meteen te hulp. De jonge militair sloeg zijn ogen nog even op, toen ze zijn vliegkap verwijderden. Ze tilden hem voorzichtig op, maar toen ze de stal van de boerderij bereikten om hem daar even neer te leggen, was hij al overleden. Hij is in eerste instantie begraven op Heidehof in Ugchelen en later herbegraven op de Amerikaanse oorlogsbegraafplaats in Margraten, provincie Limburg.

Rapportages, na de missie

8 USAAF meldde het volgende:

"Mission 114:
236 van de 274 B-17's bombardeerden de spoorwegen en waterwegen in en rond Münster, Duitsland van 15:03 tot 15:18 uur.
Bovendien werden lonende doelen geraakt in Coesfeld, Duitsland en op het vliegveld Twente in Nederland;
Gevecht aangegaan met 255 Luftwaffe-vliegtuigen;
30 B-17's zijn verloren gegaan, 3 onherstelbaar beschadigd en 102 beschadigd;
Verliezen: 2 doden, 18 gewonden en 306 vermisten.
39 B-24's vlogen een afleidingsmissie zonder verliezen of slachtoffers.
De B-17's werden geëscorteerd door 216 P-47 Thunderbolts; zij schoten 19 Luftwaffe-vliegtuigen neer;
1 P-47 is verloren gegaan, 2 zijn onherstelbaar beschadigd en 1 beschadigd; er is 1 vermiste."

Een meer gedetailleerde rapportage van 91 Bomb Group en 401 Bomb Squadron vermeldt:
"Bemanningen meldden treffers in de stad en op rangeerterreinen. Claimen een goed bombardementspatroon, goed verdeeld over de stad.
Vijand: 20 vliegtuigen waargenomen, voornamelijk Messerschmitts 110's, Junkers 88's en een paar Messerschmitts 109's. Pittige aanvallen op andere formaties. Intens en nauwkeurig luchtafweervuur op IP  in Ruhr, matig en nauwkeurig luchtafweervuur van uit Münster en Hamm. Zwak en onnauwkeurige vuur in de omgeving van Gütersloh, Amsterdam en een vliegveld ongeveer twee mijl ten ZW van Amsterdam.
Vermist: vliegtuig 737 [=Tennessee Toddy] met 10 bemanningsleden."

Messerschmidt 110
Junkers 88
Messerschmidt 109

Epiloog

De bemanningen van de 8 USAAF hebben hun leven in de waagschaal gesteld voor onze vrijheid. Telkens opnieuw stapten de mannen moedig en vastberaden in het vliegtuig, ondanks de grote risico’s.

Voor de meeste bemanningsleden van de Tennessee Toddy eindigde Mission 114 in krijgsgevangenkampen. Zij overleefden in tegenstelling tot John A. Lilley de oorlog.

Dit monument is een waardig eerbetoon voor John A. Lilley en de overige bemanningsleden, die met gevaar voor lijf en leven hun plicht hebben vervuld.

De vliegtuigcrash was een keerpunt in hun leven en dat van hun familie. Dat bleek wel tijdens het bezoek uit Amerika in september 1984 van A. J. Horning en zijn vrouw toen samen met onder anderen wijlen Johan Kers van de Bloemenkamp de landingsplek werd bezocht. Zij waren diep onder de indruk. Ook een bezoek van de zuster van John Lilley, Julia Maslanik-Lilley en haar dochter Anne op 11 september 1994 was indrukwekkend.  

Klik hier voor meer details over de noodlanding en de bemanning.

Bronnen

The Army Air Forces in World War II: Combat Chronology, 1941-1945 by Carter/Dutch Airwar Study group 1939-1945 Loss Chart on: T2956
Art Horning, In The Footsteps of a Flying Boot, Carlton Press, 1994

No items found.
terug naar overzicht

Draai je telefoon
voor de beste beleving